OVERZICHT
Deze toepassing helpt leerlingen het verschil te herkennen tussen natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen. Het pakt ook de lastige vraag aan van wat wel of niet een lichtbron is.
BESCHRIJVING
Maak een lijst van dingen die ‘licht geven’. Lijst alles op wat kinderen suggereren, ook al zijn ze technisch verkeerd, bv. de maan – dit zal belangrijk zijn als ze aan het eind van de les beoordelen wat ze geleerd hebben.
Geef ze een scala aan lichtbronnen te onderzoeken, bv. zaklampen in verschillende vormen, een campinglantaarn, een kaars, een leeslamp, enz. Van dingen die je niet naar de klas kunt brengen kun je foto’s tonen, bv. de zon, straatverlichting, koplampen van auto’s enz. Op dit specifieke moment zul je waarschijnlijk willen wijzen op een aantal veiligheidsaspecten zoals niet in de ogen schijnen en alleen de leerkracht mag een kaars aansteken!
Geef leerlingen de gelegenheid om een aantal van deze dingen te tekenen, hetzij op het interactieve bord of met behulp van een tekenprogramma. Je kunt ook foto’s nemen met een digitale camera. Dit heeft vooral effect als je de lichtbron tegen een zwarte achtergrond fotografeert.
Vraag de kinderen voor elk item, bv.: Waar dienen ze voor? Wie zou ze kunnen gebruiken? Hoe anders zijn ze? Waarin gelijken ze op elkaar? Hoe helder of dof zijn ze? Geven ze warmte af?
Bied een aantal 3D-vormen aan, zoals een bal, een cilinder, een kubus en laat ze de zaklamp gebruiken om te kijken naar de verschillende schaduwen die ontstaan wanneer ze er de zaklamp op richten. Geven verschillende objecten verschillende schaduwen? Wat gebeurt er met de schaduw als de zaklamp beweegt? Je zou kunnen vragen om het voorwerp in het midden van een groot stuk papier te leggen en de schaduwen te tekenen die ontstaan terwijl ze de zaklamp om het voorwerp heen bewegen.
Kijk naar een bekende plaatselijke bezienswaardigheid op Google Earth en gebruik de zonoptie om de klas te tonen hoe het er op bepaalde momenten van de dag uitziet en waar de schaduwen vallen.
Ga daarna met hen terug naar hun eerste lijst van lichtbronnen en laat hen bespreken of ze het nog eens zijn met hun eerste ideeën.
WAT HEB IK NODIG?
• Toegang tot het internet.
• Een verscheidenheid aan zaklampen, lantaarns, kaarsen enz.
• Tekensoftware – Tux Paint
• Digitale camera (optioneel)
• Google Earth (installeer het – het is gratis)
TOEGEVOEGDE WAARDE
Het is cruciaal dat leerlingen vaardigheden in het gebruik van het interactieve bord ontwikkelen, naarmate ze steeds moeilijker toepassingen met dit bord moeten gebruiken. Deze activiteit biedt verschillende mogelijkheden voor leerlingen om dit te doen, en al doende ontwikkelen ze ook hun kennis en begrip van een belangrijk wetenschappelijk onderwerp.
HINTS & TIPS
Het aanbevolen spel is in het Engels. Als de leerlingen een andere moedertaal hebben, kan de leraar zonder problemen de vragen en keuzes hardop in hun moedertaal lezen.
VEILIGHEID
In de Beschrijving vind je al enkele suggesties in verband met veiligheid (niet in de ogen schijnen, enkele leerkracht steekt kaarsen aan). Wat de online toepassing betreft, zijn er geen veiligheidsproblemen.
ANDERE IDEEËN
•Maak bepaalde dag- of nachtfoto’s met behulp van tekensoftware op de computer.
•Vraag de kinderen om foto’s van lichtbronnen te verzamelen en om ze naar school te brengen. Gebruik de foto’s om voor de klas een Glog of Pinterest maken (cf. Activiteit 24 ‘Gloggen geblazen!’ in dit handboek).
•Neem wat landschapsfoto’s. Met behulp van eenvoudige beeldbewerkingssoftware (bv. iPhoto op een Mac of Picasa of Gimp op zowel Mac als Windows) kun je experimenteren met de effecten en bewerkingsopties om te zien wat er gebeurt als je de belichting verhoogt of verlaagt, het contrast verhoogt, de kleurintensiteit vermindert enz. Kun je hetzelfde beeld er laten uitzien als een nachtelijke scène en een dagscène? Kun je het beeld ‘van seizoen doen veranderen’?
No comments yet.